In de vierde etappe van de Tour de France Femmes kreeg een grote groep veel speelruimte van het peloton. Op zo’n veertig kilometer van het einde bedroeg de voorsprong nog zo’n tien minuten. Team SD Worx had Christine Majerus voorin. “Zij is natuurlijk super sterk, maar de voorsprong was op een gegeven moment wel echt groot. Dus hebben Elena Cecchini en Lorena Wiebes namens onze ploeg op kop van het peloton de achtervolging op gang gebracht. Later hebben ook nog Marlen Reusser en Mischa Bredewold veel werk verricht, waardoor de voorsprong slonk”, vertelde Demi Vollering.

Lotte Kopecky toonde zich een belangrijke ploeggenote voor Vollering. Ze viel verschillende keren aan, waarna ze een tijdlang alleen voor het peloton reed in achtervolging op de grote groep. Kopecky: “Ik probeerde Demi te helpen door vooruit te geraken. Ons hoofddoel blijft de Tour de France Femmes winnen met Demi. Ik had gehoopt dat zij naar me toe zou kunnen springen en dat we zo de tegenstand onder druk konden zetten.”

Demi Vollering: “Ik kwam niet echt weg uit de achtervolgende groep. Zo’n lange en zware etappe hakt er in en haalt wat van de explosiviteit weg. Ik was blij met hoe Lotte die klim over kwam. Mentaal helpt het om zo’n sterke ploeggenote in de groep met favorieten erbij te hebben. Uiteindelijk haalden we nog diverse rensters van de vroege vlucht in. De finale beklimming naar de finish in Rodez was super chaotisch. Ik twijfelde of ik gewonnen had, maar blijkbaar zat er nog iemand voor me. Ik win in het klassement toch acht seconden op mijn voornaa